Christine Tuchlers ervaring met therapiedekens

“Het is gewoon mooi om te zien hoe na korte tijd de motorische onrust van de patiënt afneemt.”
Hoe bent u op het concept therapiedekens gestuit?
In overleg met collega’s hebben we samen nagedacht of er als aanvulling of ondersteuning van ons cognitieve werk mogelijkheden zijn om onze patiënten ook op somatisch niveau te stimuleren of down te reguleren. Zo zijn we op deze werkelijk praktische therapiedekens gestuit.
In welke medische gebieden vindt u het gebruik van therapiedekens zinvol? Waar zet u therapiedekens al succesvol in?
Bij ontspanningsoefeningen en imaginatieoefeningen vind ik het erg behulpzaam om de patiënt een gewichtsdeken aan te bieden. Door de aangename druk op het lichaam kunnen de vaak overprikkelde patiënten zich sneller downreguleren. Vooral in mijn werk bij trauma's, ADHD of sensorische integratiestoornissen ervaar ik dit als bijzonder nuttig. Het autonome zenuwstelsel downreguleren omdat het voortdurend overstimuleerd is, is een eerste doel van de therapie, vooral in het stabilisatiewerk. Hier ondersteunen de dekens ook door hun haptiek en de aangename warmte, er ontstaat een gevoel van veiligheid en geborgenheid.
Ook buiten het medische gebied, zoals bijvoorbeeld in kinderdagverblijven tijdens de kring, om de concentratie in de les te verhogen, bij allerlei vormen van inslaapproblemen door onruststoornissen, kunnen de gewichtsdekens en -kragen worden ingezet.
Uw conclusie vanuit persoonlijk of medisch oogpunt
Het is belangrijk dat het gewicht van het deken voor de patiënt individueel passend aanvoelt. Als het te zwaar of te licht is, kan dit naar mijn ervaring de lichamelijke onrust vergroten of kan het leiden tot een onaangenaam drukkend gevoel. Het is gewoon mooi om te zien hoe na korte tijd de motorische onrust van de patiënt afneemt. Uit ervaring blijkt dat er een trainingseffect optreedt: hoe vaker de dekens worden gebruikt, hoe sneller het lichaam tot rust komt. Vooral kinderen vragen het deken na meerdere keren gebruik zelf op als ze het nodig hebben. Het is mooi om te zien hoe intuïtief juist de jongste patiënten (2-5 jaar) de gewichtsdekens gebruiken of juist afwijzen op dagen dat ze deze niet nodig hebben.